Twee frisse nachten en een paar overdreven warme maartse dagen spendeerden we in provincie Limburg. We wilden onze nieuwe daktent uitproberen en dat kon natuurlijk niet beter dan met mooi weer!
Zondag was het overdag nog erg fris, dus besloten we C-Mine te bezoeken. We kochten tickets voor de expeditie en dat was echt supertof! We struinden rond in de oude luchtschachten die de mijnen destijds van lucht voorzagen en de kinderen mochten ook op superveel knopjes drukken! De moedigen onder ons klommen de schachtbok op, 60 meter hoog en wat een uitzicht!
Voor we op naar onze kampeerplaats reden, bezochten we ook nog Labiomista van kunstenaar Koen Vanmechelen. We genoten allemaal erg van de wandeling doorheen het domein.
Rond 17u kwamen we toe in Dilsen-Stokkem waar we in een stukje privébos ons kamp mochten opstellen. Er was niets, behalve een vuurkring en een schop. Dat was wat we zochten: bos en geen andere mensen!
Het opstellen van de nieuwe daktent ging verbazend vlot voor de eerste keer!
De frituur was op fietsafstand en het kampvuur gaf snel warmte! Het was best fris! We gingen vroeg slapen, spannend! De meisjes sliepen in de laadruimte, de jongens en Dries en ik in de daktent. Lekker dicht bij elkaar. Tot vader net iets te luid snurkte en verbannen werd naar de hangmat.
De nacht was fris maar prachtig met de volle maan! ’s ochtends werd het gelukkig snel warmer dankzij de stralende zon! We vertrokken voor een gravelrit door het Nationaal Park Hoge Kempen, even snel zoeken leverde de Lumberjack Gravel Ride uit 2019 op. Pittige afstand wel, maar met heel wat opties om in te korten. We zouden dus wel zien wat er op ons af kwam!
Wat een paradijs! Wat een zalige off-road! We fietsten 42 km bijna volledig onverhard. Op en neer, de mooiste uitzichten en de mooiste bossen bijna volledig voor ons alleen.
De Streamliner deed goed dienst, geveerd en stabiel als een tank sjeesde Rocco achter zijn papa aan op de slingerende singletracks.
Eenmaal aangekomen aan ons kampement werd er gekookt en ging het kampvuur aan.
Na alweer een frisse nacht ontbeten we in het bos en kraamden we ons kamp op. Dat ging erg snel, leve de daktent! We wilden graag naar Connecterra naar het uitzichtpunt wandelen. Wandelen, als compromis met de tieners die gisteren al hadden gefietst.
Eenmaal aangekomen in Maasmechelen bleek er in eerste instantie weinig ongerept en teveel mensen op teveel verharde paadjes. Het leek alsof we in Center Parcs rondliepen, en dat blijkt het ook te gaan worden.
We wandelden terug naar de auto en besloten naar de kinderboerderij in het Nationaal Park te fietsen. Zo fietsten we nog eens 32 kilometer in een stukje van het Nationaal Park waar we nog niet waren geweest. Duizend keer leuker! Vonden ook de tieners, al werd dat niet met zoveel woorden gezegd. Uiteraard.
We komen heel graag nog eens terug naar het enige Nationaal Park dat ons land rijk is. Het is er zo mooi en rustig!